Haren-Eelde

Terugblik lezing: Waarom groeit mijn plant niet? door Arjan Schepers op 28 oktober 2021

Arjan Schepers is pas op latere leeftijd kweker geworden, na eerst een opleiding industriële automatisering  gevolgd te hebben. Hij vond het niks de hele dag binnen te zitten en koos voor  buiten, hij ging alsnog naar de tuinbouwschool, liep stage bij Moerheim waar hij drie jaar de dagelijkse leiding over de tuin had.

Toen durfde hij het wel alleen: uiteindelijk werd het een kwekerij in Mariënheem vanaf 2008. Hij liet een foto zien van een miserabel stuk grond, volstrekt uitgeput door jaren maisbouw. Wat doe je dan? “Je gooit er elk jaar in februari 10 centimeter bladaarde van de gemeente op. Alle soorten blad, ideaal spul voor grondverbetering en nog gratis ook, wat wil je nog meer”. Dat doet hij nog steeds, geen mest.

De kwekerij heeft als kenmerk een standplaatscode: zodat de klanten weten wat de natuurlijke leefomgeving is van de planten die ze willen kopen. “Ik krijg  heel vaak de vraag waarom groeit mijn plant niet”, vertelt Arjan. ”Dan zeg ik, omdat de plant waarschijnlijk niet op een goede plaats staat. Planten groeien het best op een plaats die het meest lijkt op hun natuurlijke standplaats. Ook kun je het best combineren met planten die in de natuur ook bij elkaar groeien. Een Nepeta groeit niet zo goed samen met een Herfstanemoon, want ze willen verschillende omstandigheden”.

Zijn lijfboek is het boek van Richard Hansen over Die Stauden, waarin hij planten classificeert. Je moet letten op grondsoort, vochtigheid, lichthoeveelheid, gehalte van organische stof, mate van verstoring en verhoudingen met andere planten en dieren. Zo kun je Bos, Bosrand, Open veld of prairie, Water, Oever en Rots onderscheiden, de laatste drie heeft hij niet in de verkoop. Een voorbeeld: een Herfstanemoon groeit van nature in Azië in bosranden en op lichte plekken in loofbossen. Bosrand is dus de natuurlijke standplaats en de vochtbehoefte is daar hoog. Bosrandplanten groeien dus het best aan de rand van heestergroepen, willen indirect zonlicht, humusrijke rond en een losse bodemstructuur; ze bloeien in het voorjaar met soms een nabloei.

De Prairieplanten daarentegen ontwikkelen zich pas laat (“ prairietuinen zijn daarom vaak saai”), hebben diepe wortels (dat kost tijd, geef ze dan ook die tijd”), er is geen gesloten beplanting, ze willen geen concurrentie (“Echinacea’s bijvoorbeeld, koop alleen Ruby Giant, de beste, altijd kopen met alleen blad, geen bloem, de rest is troep”). Na de pauze liet Arjen vele foto’s zien van planten en vertelde over de beste standplaats, een beetje zoals over de Echinacea. Een interessante lezing over een interessante kwekerij, een bezoek waard!

Boukje Tanja